Zaterdag is het zulk slecht weer in Chaiten dat ik besluit hier een dag te blijven. Ik zit in een prima guesthouse, waar gisteravond laat ook Toni en Franz zich nog hebben aangemeld, twee Duitse fietsers, die al drie maanden onderweg zijn vanuit Lima.
Om hier binnen te komen moet je wel eerst even over de hond heenstappen, die als een soort deurmat op de grond ligt.
Met wat rondwandelen in het dorp, wanneer het even droog is, lezen en wat met elkaar kletsen kom ik de dag wel door.
Zondag is het weer iets beter, en vertrek ik voor de volgende etappe.
Nog in het dorp kom ik een fietser tegen die met zijn fiets aan de hand loopt, en ik vraag of ik hem kan helpen. Het is een Canadese jongen, die me vertelt wat last van zijn knie te hebben, en daarom maar is gaan lopen. Hij heeft een roze damesfiets aan de hand, een grote rugzak op en een rommeltje aan bagage op zijn drager. Later hoor ik dat hij de fiets in een opwelling in Puerto Montt heeft gekocht, omdat het hem ook wel aardig leek om hier te gaan fietsen.
Over de rivier fiets ik het dorp uit.
De sneeuwgrens is aardig gedaald vannacht, en overal ligt een mooi laagje verse sneeuw op de bergen, alsof ze met poedersuiker bestrooid zijn.
Vaak zie ik overigens niet zoveel van de bergen, de wolken hangen laag vandaag. Langs een oud vliegtuigwrak gaat het verder naar Puerto Cardenas, waar ongeveer 25 mensen wonen, en waar niet veel te beleven is.
De weg is prima geasfalteerd, het miezert af en toe een beetje en ik heb de wind in de rug. Tot mijn verbazing word ik hier plots ingehaald door een fietser. Het is een Duitser, met blijkbaar veel haast, want ik ben hem alweer gauw uit het oog verloren.
Na Puerto Cardenas begint te weg meer te stijgen, ik zal nog een pas over moeten fietsen van ruim 600 meter hoog. Bijna halverwege de pas kom ik een hamburgerkraampje tegen waar ik een kop thee kan krijgen.
Ik heb dan al ruim 60 km achter de rug. Ik realiseer me dan dat 600 meter hier al best wel hoog is. Inderdaad sta ik nog wat later met mijn fiets in de sneeuw!
De laatste 350 gaan vrij steil omhoog, maar omdat de weg lekker breed en rustig is kan ik naar boven slalommen. Boven op de pas begint het weer te regenen. Gelukkig is Santa Lucia niet ver meer, want naar beneden fietsen is nu best wel koud. Met enige moeite vind ik een guesthouse. De Duitser met haast staat in het dorp op de camping, maar daar vind ik het weer net wat te slecht voor. Wanneer ik eten ga halen kom ik bij de winkel Toni en Franz weer tegen. Als ze horen dat ik een guesthouse heb gevonden willen ze graag weten of er ook een oven is, dan kunnen ze pizza eten vanavond. Die is er, en zo slaan we de halve dorpsvoorraad aan diepvriespizzas in. Ze smaken ons prima. De Canadees hebben we niet meer gezien.